Ik ken mijzelf als een grensverlegger. Rond mijn pubertijd zocht ik de grenzen op van ‘seks, drugs en rock ’n roll’. Dat kwam daarna wel tot rust maar het grenzen opzoeken is een thema gebleven.
Bijvoorbeeld in hoe ik mijn energie verdeel.
Ik kan mij grenzeloos in een project storten. Doe daarbij een flinke snuf Calvinistisch doorzettingsvermogen en de burn-out ligt op de loer.
Die burn-out kwam, jaren geleden, via een whiplash, en sindsdien probeer ik me te gedragen. Het voelt als netjes binnen de lijntjes kleuren terwijl ik er eigenlijk overheen wil. Dat doe ik dan ook soms.
Nu had ik mij weer zo volledig in een leuk nieuw werkproject gestort, dat ik er letterlijk misselijk en ziek van werd. Dat was wel een wake-up call! Ja, het is heerlijk om zo ergens helemaal voor te gaan maar dat hoeft toch niet zo destructief te eindigen?!
Wat is die kracht? Alsof begrenzen voor mij gevaar inhoudt.
Ja…. zo voelt dat… en ik besef waar ik dat eerder zo voelde. In mijn moeders buik was er te weinig voeding voor mij. Die plek, die een veilig nestje zou moeten zijn, was onveilig voor me. Ik denk dat mijn angst om ‘het feestje te missen’ uit deze vroege ervaring stamt.
Aha, nu weet ik ook wat de misselijkheid mij te zeggen had! Het was een uitnodiging om mij over te geven aan mijn grenzen. Wat een bevrijdende gedachte.
Cornélie Spijkerboer