Hoe de liefde mij telkens weer verrast

In de afgelopen wonderen-oefengroep hadden we het over de recente inval van Turkije in Irak.
Hoe kan ik dat nu met liefde bekijken?

Om te beginnen door mij, als ik overstuur ben door het wereldleed, niet af te keren van het nieuws: ‘Ik kijk maar niet meer want ik word er alleen maar hopeloos en somber van’. Hierdoor laat ik mij gevangen houden door mijn angst, al stuur ik die wel ondergronds zodat ik denk dat ik hem niet meer voel.

Wat ik wel doe is mijn emoties erover onderzoeken: Waar ben ik bang voor? Voor mijn machteloosheid? Teruggehaald naar mijzelf, kan ik kiezen of ik in de angst wil blijven of hier liefde tegenover wil stellen.
Ik kies natuurlijk voor de liefde 🙂 en ik stel mij voor hoe mijn liefde, vanuit mijn gevulde hart, zich in golfbewegingen uitbreidt naar de wereld.
Zoals een steen, die je in het water gooit, kringen maakt die steeds verder uitdijen.
Die liefde zal de ‘vijand’ bereiken in zijn hart, en vroeg of laat inspireren om zelf vanuit liefde te gaan leven.
Vanuit de non-dualistische gedachte is die golfbeweging niet eens nodig. Alles is dan al één. Als ik kies voor liefde, kiest mijn vijand daar ook voor. Hij en ik zijn immers één.

Dit lijkt een heel abstract proces maar voor mij is het zo concreet als maar kan. Ik visualiseer dat mijn hart zich met liefde vult. Ik voel het fysiek ruimer worden en opzwellen met warmte dat naar buiten stroomt, zo ongeveer. Wat ook voor mij concreet voelt, is dat ik zo dus echt invloed heb. Meer dan in mijn machteloosheid als klein individu.

Sceptisch zou ik kunnen zeggen dat dit een mooi maar onrealistisch sprookje is, maar ik geloof in de kracht van de liefde, hoe onzichtbaar, subtiel en onaanraakbaar deze ook mag zijn.
Ik merk dat, heel concreet, als ik boos ben op iemand. Als ik de boosheid afpel en kijk wat daar voor angst onder ligt, kan ik die van de ander loskoppelen en, niet meer afhankelijk van die ander, contact maken met de liefde in mijn hart. Als die weer stroomt, voel ik dat mijn boosheid wegvloeit en ik de ander weer in liefde kan zien.

Cornélie Spijkerboer