Wat is jouw winst uit deze periode?

De afgelopen weken hield ik een ‘zoomdagboek’ bij. Over communiceren in deze bijzondere tijd. Onder andere over het zoomen met groepjes – individuele cliënten bleven gewoon naar de praktijk komen.

Dit zoomen met groepjes bleek wonderbaarlijk mooi uit te pakken, maar ik merkte ook dat ik het als deelnemer veel lastiger vond om mijn weg te vinden in het zoomgebeuren. Ik tunede veel te intens in op het gebeuren en was dus binnen de kortste keren bekaf van alle indrukken.

Daar viel nog iets in te ontdekken dus. En dat deed ik. (Zie het dagboek op facebook, Mens in Werking)

De laatste dagen merk ik dat ik, als ik bijvoorbeeld een wandeling maak, geneigd ben om overal op in te zoomen. Alles wat er om mij heen te zien is, daar zoom ik op in. Ik kan mijn nek regelmatig verdraaien om maar in een tuin te kijken waar van alles te zien is. Of in een huiskamer. Dat is nogal gênant, ik weet het, maar ik kan het niet laten.

Maar nu merk ik dat ik er genoeg van begin te krijgen, omdat ik voel hoeveel energie het me kost en dat het me helemaal niets oplevert. Ik zoom dus uit, en merk dat ik daardoor veel beter bij mijzelf kan blijven en bij mijn gevoel en innerlijke stem.

Dit ervaar ik als grote winst. Wat is jouw ‘winst’ uit deze periode?

Cornélie Spijkerboer

Alles is een relatie

In de vorige nieuwsbrief onthulden we ons nieuwe logo: Mens in Werking, sterk in relaties. Eenvoudig en daarmee helder, wat ons betreft.

Wij, Hans en ik, hebben een heldere boodschap, namelijk dat alles over relaties gaat.

Dan hebben we het over de relatie met de mensen om ons heen, onze ouders, kinderen, collega’s, noem maar op. De eerste, fysieke, golflengte zou je kunnen zeggen.
Op een andere golflengte hebben we een relatie met onszelf, ons innerlijk, maar ook een relatie met het goddelijke, het universum of de bron.
 
Vanuit de tweede golflengte bezien, waarin de relatie met onze binnenwereld centraal staat, worden de behoeftes in de eerste golflengte opeens relatief.
We beseffen dan dat we in essentie niet afhankelijk zijn van onze fysieke omgeving. Natuurlijk moeten we naar de dokter als we ons been breken, maar ons geluk hangt daar in essentie niet van af. Die hangt af van hoe we met de situatie omgaan, niet van de situatie zelf.
 
In onze liefdesrelaties is het niet anders. We denken, als we verliefd zijn, want dan zitten we behoorlijk op de fysieke golflengte ;-), dat de ander ons gelukkig kan maken, net zoals wij de ander gelukkig kunnen maken. Later, als de roze wolk wat is opgetrokken, denken we dat de ander ons ongelukkig kan maken, en denken we dat wij de ander ongelukkig kunnen maken. Angst en woede, schuld en schaamte doen dan hun intrede.
 
Vanuit de tweede golflengte bezien, in contact met onze innerlijke helikopter, en met onze innerlijke bron, begrijpen we dat deze vier aannames niet kloppen. Schuld, schaamte, angst en woede worden daarmee ook relatief en er komt ruimte voor de onvoorwaardelijke liefde, voor onszelf en onze omgeving. En daar is het ons, Hans en mij om te doen, de onvoorwaardelijke liefde in jou, in jezelf, te helpen groeien.
 
Cornélie Spijkerboer

Controle versus overgave

Gisteren dacht ik: “Oh de nieuwsbrief moet snel de deur uit want anders…”En dus moest er een column geschreven worden. Maar ja, dat lukt onder druk natuurlijk niet. Een column ontstaat, of niet.

Een paar dagen geleden had ik twee vrouwen te gast die het Kiezen voor wonderen-spel kwamen spelen. Het werd een hele waardevolle ochtend en beide vrouwen gingen blij naar huis, maar ik bleef, raar genoeg, met een kleine kater achter.
Wat was er aan de hand? Ging het niet goed dan? Ja, zeker wel, maar ik was naderhand uitgeteld en dat beviel me niet.

De laatste tijd kan ik er zo van genieten dat ik niet meer moe wordt als ik vanuit mijn intuïtie werk. Heerlijk! Maar nu lukte dat niet en ik was bang dat ik niet goed werk had afgeleverd. “Zucht.., hang dat perfectionisme toch aan de kapstok…”
Gelukkig lukte dat ook wel weer snel: “Volgende keer voelt het vast rustiger”.

De volgende dag ontdekte ik iets moois. In de workshop ervoeren de deelneemsters de kracht van de overgave, en om van daaruit het antwoord op hun vragen te krijgen. En toen ik daar aan dacht, besefte ik dat het er niet om ging of IK mij had kunnen overgeven maar dat de deelneemsters dat konden doen.
Met dat besef kon ik ‘mijzelf er weer tussenuit halen’ en intens dankbaar zijn voor het intuïtieve veld dat zijn werk doet. Ik hoef niets te doen.

Cornelie Spijkerboer

Komt alles altijd goed?

Kerst is voor mij het feest van het licht. Volgens velen is het het feest van de geboorte van Jezus Christus. Dat kan je ook vieren.

Vóór de geboorte van Jezus Christus was er ook al een kerstfeest en dat hield in dat de zonnewende werd gevierd. De donkere dagen waren voorbij en de dagen gingen weer lengen.
Bijvoorbeeld de kerstboom is daar een symbool van. Het is een belofte dat het weer licht wordt. Het houdt op zich een belofte in, namelijk een onomkeerbare belofte dat het beter wordt.

Op die manier is het kerstfeest het feest van hoop. We kunnen niet wachten en steken alvast de kaarsen aan. Het fijne is, dat het altijd voorjaar wordt. De seizoenen liggen zo goed als vast. Het wordt goed, alles komt goed.

Sommigen vinden dit een gevaarlijke veronderstelling. Ik denk dat het er maar aan ligt hoe je het beleefd. Je kunt het perspectief maken of breken. Ik wens iedereen het vermogen toe dat het goed komt, in elk geval.

Hans Mennes

Hoe de liefde mij telkens weer verrast

In de afgelopen wonderen-oefengroep hadden we het over de recente inval van Turkije in Irak.
Hoe kan ik dat nu met liefde bekijken?

Om te beginnen door mij, als ik overstuur ben door het wereldleed, niet af te keren van het nieuws: ‘Ik kijk maar niet meer want ik word er alleen maar hopeloos en somber van’. Hierdoor laat ik mij gevangen houden door mijn angst, al stuur ik die wel ondergronds zodat ik denk dat ik hem niet meer voel.

Wat ik wel doe is mijn emoties erover onderzoeken: Waar ben ik bang voor? Voor mijn machteloosheid? Teruggehaald naar mijzelf, kan ik kiezen of ik in de angst wil blijven of hier liefde tegenover wil stellen.
Ik kies natuurlijk voor de liefde 🙂 en ik stel mij voor hoe mijn liefde, vanuit mijn gevulde hart, zich in golfbewegingen uitbreidt naar de wereld.
Zoals een steen, die je in het water gooit, kringen maakt die steeds verder uitdijen.
Die liefde zal de ‘vijand’ bereiken in zijn hart, en vroeg of laat inspireren om zelf vanuit liefde te gaan leven.
Vanuit de non-dualistische gedachte is die golfbeweging niet eens nodig. Alles is dan al één. Als ik kies voor liefde, kiest mijn vijand daar ook voor. Hij en ik zijn immers één.

Dit lijkt een heel abstract proces maar voor mij is het zo concreet als maar kan. Ik visualiseer dat mijn hart zich met liefde vult. Ik voel het fysiek ruimer worden en opzwellen met warmte dat naar buiten stroomt, zo ongeveer. Wat ook voor mij concreet voelt, is dat ik zo dus echt invloed heb. Meer dan in mijn machteloosheid als klein individu.

Sceptisch zou ik kunnen zeggen dat dit een mooi maar onrealistisch sprookje is, maar ik geloof in de kracht van de liefde, hoe onzichtbaar, subtiel en onaanraakbaar deze ook mag zijn.
Ik merk dat, heel concreet, als ik boos ben op iemand. Als ik de boosheid afpel en kijk wat daar voor angst onder ligt, kan ik die van de ander loskoppelen en, niet meer afhankelijk van die ander, contact maken met de liefde in mijn hart. Als die weer stroomt, voel ik dat mijn boosheid wegvloeit en ik de ander weer in liefde kan zien.

Cornélie Spijkerboer

Weet jij jouw bestemming?

Ik las in de vakantie een boek over ‘bestemming’. Het was vakantie dus ik had ‘reflectie-vrij’ en dacht niet verder na over mijn bestemming. Het was ook geen thema voor me eigenlijk. Maar, en zo gaat dat dan, mijn bestemming werd me, al lezend, vanzelf gepresenteerd. Heerlijk, hoefde ik niets voor te doen!

Het boek ging ook over vrouwelijkheid en moederkwaliteiten en dat de schrijfster dat niet zo van huis uit had meegekregen. Ja, dat herkende ik wel. Als dochter van een actieve feministe heb ik mijn vrouwelijkheid en alles wat daarmee te maken heeft, zelf moeten ontdekken en leren waarderen.Inmiddels krijg ik vaak feedback, juist over mijn moederlijke kwaliteiten, maar die heb ik nooit ten diepste kunnen waarderen.

Inmiddels krijg ik vaak feedback, juist over mijn moederlijke kwaliteiten, maar die heb ik nooit te diepste kunnen waarderen. Loyaal als ik was aan mijn moeder, vond ik dat toch niet echt ‘bestemmingswaardig’, maar al lezend drong het met een schok tot mij door dat dat dus juist wél mijn bestemming is. Wow! In gedachten glimlachte ik breed naar mijn moeder, ergens in de ‘hogere sferen’. “Krijg nou wat, heb ik jou daarom misschien als moeder uitgekozen om bij geboren te worden? Om dit stuk te leren?” Ik geloof dat zij er de lol ook wel van in kon zien. En meer nog dan lol, heelde het weer een stuk van mijn moeder-dochter-relatie. Ach ja, zij kon er ook niets aan doen, als dit plan al ‘in de sterren stond’. We vervullen beiden onze rol, dat overstijgt de menselijke maat. Zoiets.

Cornélie Spijkerboer

Het heilige Kind in ons

“Ja ja, wat nou heilig”, hoor ik je al zeggen. Of eigenlijk hoor ik een oude echo uit het verleden, dus weg met dat stemmetje ;-). Ik begin opnieuw. Heilig dus, ja, in de zin van kostbaar, zo kostbaar omdat het om het authentieke in ons gaat.

Ik kan nu stukken van mijzelf herwaarderen die ik eerder beschamend vond. Mijn passie, mijn emotionaliteit, mijn behoefte aan mijn eigen tijd, ruimte en tempo. Allemaal dingen die ik als kind en jonge vrouw als gebreken zag. Nu ik ouder wordt, kan ik hierin mijn pure, authentieke zelf zien. Ik leer mijzelf steeds beter kennen en weet: dit ben ik!

Oké, ik kan doordraven in die passie en in die emoties en soms heb ik ruimte nodig omdat ik te hard van stapel ben gelopen. Dan zit ik in een valkuil die mij uit mijn evenwicht, uit mijn kern, mijn eigenheid haalt. Maar de passie, emoties en eigen ruimtebehoefte zijn ten diepste ‘mij’. In die ruimte-behoefte vínd ik mij.

En hoe mooi die ‘mij’ is, leer ik elke dag beter. Met dat ik mijn oordeel erover loslaat, waardeer ik het meer. Het doet me denken aan het kernkwadrant van Ofman, een oude training-tool die nooit verloren lijkt te gaan. Ook daarin is het zo waardevol om, naast het mogen ontwikkelen van de uitdaging (met de nadruk op mógen, dat wil zeggen, jezelf ten diepste toestemming geven, daar waar je als kind bang bent geworden voor deze kwaliteit in jezelf) ook je kernkwaliteit weer te gaan herwaarderen. We keuren deze vaak in onszelf af omdat we last hebben van het ‘teveel’ ervan, de valkuil. Zoals wanneer ik doordraaf bijvoorbeeld. En dit afkeuren is zó zonde omdat we daarmee onze authenticiteit, het heilige Kind in ons, (met het badwater) weggooien.

Cornélie Spijkerboer

Spirituele psychologie

Laatst maakte ik een filmpje voor een nieuwe cursus die ik ga geven en toen kon ik formuleren wat ik al jaren voel, dat psychologie en spiritualiteit bij elkaar horen. De een kan niet zonder de ander.

Neem onze relatietherapie. Onze boodschap daarin is steeds en zonder compromis, dat we de liefde in onszelf en alleen in onszelf kunnen vinden. Dit idee heeft een psychologische én een spirituele kant. Want, en dan heb ik het voor het gemak even over mijzelf, als ik echt al mijn grieven van mijn partner af wil halen, al mijn eisen en al mijn afhankelijke verlangens, dan zal ik contact moeten kunnen maken met mijn innerlijke bron van liefde. Die kan ik bijvoorbeeld vinden in mijn innerlijke voedende ouder en geven aan mijn innerlijk kind. Dat kindje in mij roept zoveel zachtheid op! Mijn hart gaat open voor dat meisje en stroomt vol liefde.

Vanuit dat open hart kan ik contact maken met de universele bron van liefde. Die liefde stroomt dan voor het kind in mij, mijn gekwetste ego, maar ook voor de gekwetste ego’s om mij heen. Zo kan ik mijzelf en de ander ontschuldigen en onze schaduwkanten beter omarmen.

Deze bron van liefde wordt in innerlijk-kind-visualisaties ook wel gevisualiseerd als een tovenaar of lieve fee. Ook komt de ‘wijze’ vaak langs als symbool voor de innerlijke bron. Zo helpt de psychologie mij dus, onder andere, om bij mijn spirituele bron te komen. Doordat ik met die diepere bron steeds meer vertrouwd raak, kan ik ook steeds beter voorbij de gekwetstheid van mijn innerlijk kind kijken en kan ik zien en voelen dat ik dat kind niet ben. Ik kan steeds beter helikopteren en scherper zien.

De non- dualistische leer van Een cursus in wonderen leert mij dat ik liefde ben en geen angst. Angst is van het ego en het ego is per definitie afgescheiden van jouw innerlijke bron van liefde. Anders gezegd: ons ego bestaat uit overlevingsgedrag en niet uit liefde, want het is gebaseerd op angst. Angst is dus een illusie, ons ego is een illusie, want de bron, de universele liefde is de enige werkelijkheid. Misschien wordt dit wat abstract maar voor mijn gevoel is het vrije kind in mij nog heel dichtbij die universele bron van liefde. We zijn niet voor niets vaak zo ontroerd door kinderen en noemen ze ‘puur’. Daarbij vergeten we trouwens nogal eens dat het boze of krachtige kind ook dicht bij die bron is…, maar dat terzijde.
Het kind in mij brengt me dus bij de bron. En aangezien de bron, in het non-dualistisch denken het enige werkelijke is, is het angstige kind in mij (die voelt als werkelijk!) niet werkelijk. Dit besef helpt mij enorm om mij beter te kunnen de-identificeren met dat angstige stuk. Hierdoor kan ik me weer beter herinneren wat ik echt ben, Liefde!

Cornélie Spijkerboer

Bang voor kritiek?

Ik ben, in mijn hoofd, steeds minder bang voor kritiek. Nee, dat klopt niet… Ik weet in mijn hoofd steeds beter dat de kritiek niet over mij gaat, dat ik oké ben. Dat geeft rust. En toch blijft er een onrust in mij hangen, blijft het sluimerende conflict steeds in mijn achterhoofd aanwezig.

Ik besef dat dit niet meer gaat over mijn mentale zelfbeeld. Er is een diepere laag die de onrust veroorzaakt. Wat is die laag? Ik voel het in mijn hart, keel en buik. Het is de angst verlaten te worden en dat de verbinding wordt verbroken. Deze angst voert terug naar vroeger toen ik kind was en mijn moeder uit contact kon gaan. Wat ik ook deed: smeken, overtuigen, ruzie maken, ze was dan onbereikbaar. Ze draaide altijd wel weer bij, met name als ik mij overgaf en ‘spijt betuigde’. Zo herinner ik het mij in ieder geval.Spijt betuigen hoef ik nu niet meer van mezelf maar wat ik wel doe is dat ik oefen om de onrust die er is, de angst voor verlies, werkelijk te zien, er even bewust bij stil te staan en te doorvoelen. Dan merk ik dat de onrust minder wordt. Ik val niet meer samen met de angst, ik kan er naar kijken vanuit mijn helikoptertje en ik kan het gevoel er gewoon laten zijn zonder dat het me verteert.

Cornélie Spijkerboer

Wat is het verschil tussen meditatie en innerlijk kindwerk

Laatst werd ik geïnterviewd over innerlijk kindwerk. De interviewster vroeg mij naar het verschil tussen meditatie en innerlijk kindwerk. Daar had ik nog nooit over nagedacht!

Ik vertelde haar dat ik het soms moeilijk vind om te mediteren, zeker als ik in een pijnlijk stuk zit. Ik krijg mijn hoofd dan echt niet leeg en mijn lijf niet rustig. Ik val dan helemaal samen met mijn gedachten en kan ze niet als wolkjes laten langs drijven. Dan raak ik gefrustreerd en boos op mijzelf! Veraf van de liefde die ik zou willen voelen in de meditatie.

Wat dan wel lukt is dat ik mij voorstel dat er een klein meisje in mij zit die zich zo rot voelt. Ik denk dan aan mijzelf als peutertje met een stevig en bewegelijk lijfje en een pittige blik in haar ogen. Ik vind dat meisje zó lief. En zo gaat mijn hart dan open voor het kind in mijzelf en voel ik de liefde stromen. Ik kom thuis bij mijzelf en voel mij rustig worden. De interviewster was verrast door het gesprek en zei dat voor haar, en haar leerlingen, meditatie ook gaat over het op zoek gaan naar de liefde in jezelf. En zo formuleerden we het antwoord op haar vraag. Of je nu meditatie als ingang gebruikt of innerlijk kindwerk, langs beide wegen kom je uit bij de bron van liefde die in ons zit.

Cornélie Spijkerboer